woensdag 30 maart 2011

Twitter

Heeft u dat nu ook? Dat u de vogeltjes door de zomertijd een uur later hoort kwetteren? Dat is mooi meegenomen, want daardoor wordt ik een uur later wakker. Wel gezellig trouwens, dat kwetteren. Op internet kwetteren ook veel mensen, alleen noemen ze het daar twitteren. Sinds net twintig minuten geleden zit ik ook op twitter. En dat eigenlijk omdat ik vanmorgen wijkagent Leo van den Horn van de scholen in Beverwijk sprak en hij mij zijn twitter account gaf. Dat de politie op twitter zit, was mij al bekend uit de krant. Maar het is inderdaad best interessant om te volgen waar zo’n wijkagent nu mee bezig is.

Dat gaf de doorslag: nu moest ik toch ook eindelijk maar eens op twitter. Geen idee of er mensen geïnteresseerd zijn in wat ik te berichten heb, maar volgens mij maakt dat voor twitteraars in het algemeen niet eens uit. De meerderheid van de twitterberichten bestaat uit compleet nutteloze informatie en soms zijn het zelfs dingen die je niet eens wilt weten van mensen.

Maar ik neem mezelf voor om het internet niet te gaan overbelasten met mijn tweets. Bovendien heb ik wel een computer ter beschikking en ’s avonds een Ipad, maar ik beschik niet over een mobiele telefoon met internetverbinding. Daar ben ik heel blij mee, want als je zo om je heen kijkt, leidt dat heel erg af van de kern van waar je mee bezig bent. Ik moet er toch niet aan denken dat ik tijdens een raadsvergadering tweets ga sturen over de inhoud van de vergadering. Mijn email check of de voetbalstanden bij houd. Ik weet dat veel mensen dit doen, misschien dat daarom de vergaderingen vaak zo lang duren. Als je toch allerlei prive dingetjes kunt doen tijdens je werk, wil je er niet eens meer mee ophouden, toch?

Het gebruik van internettelefoons bij volwassenen is ondertussen te vergelijken met het blackberrygebruik van de jeugd op school. De hele tijd door gepriegel met knopjes tijdens de les, tijdens een gesprek, tijdens de lunch, tijdens het wcgebruik en noem maar zo op. Zijn ze ook maar 1 minuut hun mobiel kwijt, dan zijn de rapen gaar en flippen ze. Volwassenen scrollen tijdens vergaderingen hun internet af naar allerlei interessante zaken. Als je tenminste voetbaluitslagen interessant vindt. Email beantwoorden via de telefoon, alles is geoorloofd tijdens een vergadering. Maar hoe zit het dan met concentratie? Hoe zit het dan met het luisteren naar wat er gezegd wordt? Niet dat alles wat gezegd wordt nu zo interessant is, maar toch. Het getuigt toch wel van respect om in ieder geval nog te proberen er chocola van te maken.

Zoals de discussie rond de kistendam voor de Beverwijkse haven. Eerst zou hij 1,9 miljoen kosten voor de gemeente, toen werd het opeens 3,2 en nu kan het opeens toch “goedkoop”. Nou ja, binnen het oorspronkelijke bedrag dan. En dat hoor je dan 24 uur voor de vergadering van de commissie. Het lijkt op een goocheltruc , waar 1,3 miljoen eurootjes die nodig zouden zijn als sneeuw voor de zon verdwijnen als het warm onder de voeten wordt van de wethouder. Wat uiterst prettig dat 1 dag voor D Day (de dag waarop iedereen in de raad dacht dat de kistendam voorgoed van tafel zou gaan wegens de hoge kosten) er opeens ondernemers opstaan die het toch binnen het oorspronkelijke budget kunnen.

Wat zou je hier nou over kunnen twitteren? “Fijn dat de kistendam er toch nog goedkoop kan komen”of”Geweldige prestatie van het college”of “Petje af voor ondernemers die brood zien in kistendam”. Maar wat je dan hebt weggelaten is eigenlijk hetgene dat je juist de wereld wilt laten horen. Dat je je als raadslid niet serieus genomen voelt als dit soort bedragen heen en weer slingert. Een kistendam die eerst 1,9, daarna 3,2 en dan opeens toch 1,9 miljoen euro gaat kosten op het moment dat de gemeenteraad het plan in de prullenbak lijkt te gaan gooien.

Het gaat nogal niet nergens over. Het gaat om 1,3 miljoen euro’s belastinggeld. Gelukkig blijken ze nu niet nodig te zijn. Maar het proces is waardeloos geregisseerd. Het is een grote janboel. Oh nee, als politicus moet ik dan genuanceerd zeggen: het verdient niet de schoonheidsprijs. Maar ondertussen mag ik denken wat ik wil.

zondag 20 maart 2011

Gezocht: een schoolplein om te kunnen spelen

In de tijd dat ik naar de basisschool ging, zo midden jaren zestig tot vroeg in de jaren zeventig, was een schoolplein nog vooral een speelplein. Wat deed je er zo niet al? Knikkeren, papagaaitje leef je nog, meidentikkertje, kaatsen tegen de muren, voetballen, elastieken, in de winter ijsbanen maken enzovoort. Er was altijd volop ruimte om iedereen zijn of haar gang te kunnen laten gaan. Een groot stuk van het plein voor het meidentikkertje, een stuk aan de zijkant voor de elastiekers, tegen de buitenkant van de lokalen aan een flinke reep voor het knikkeren en zo was iedereen tevreden.

Wat is er veel veranderd sinds die tijd. Menig schoolplein is in en na de tijd van de scholenfusies veranderd in een plein waar noodlokalen of permanente uitbreiding is gehuisvest. Zo schrok ik vorige week toen ik langs het schoolplein van De Zevensprong liep. Nadat enige jaren terug extra semipermanente bouw en noodlokalen zijn gerealiseerd op dit terrein, is nu weer een extra noodgebouw van ongeveer twaalf bij zes meter gerealiseerd. De dagen ervoor zag ik al activiteiten die aangaven dat er wat te gebeuren stond, zoals het weghalen van de stoeptegels van het schoolplein. Ik dacht eerst nog dat er misschien een leuke, uitdagende speelvoorziening zou komen, maar het bleek dus om een uitbreiding van het gebouw te gaan met toch wel zo’n 72 vierkante meter.

Nadat ik net even op de site van De Zevensprong heb gekeken, begrijp ik de noodzaak tot uitbreiding wel. Volgens de site huisvest de school 6 groepen speciaal basisonderwijs en 7 groepen voortgezet speciaal onderwijs. Ook lees ik op de site dat het een regionale school is van Helioskoop en dat de leerlingen uit de gemeenten Beverwijk, Heemskerk, Uitgeest, Velsen, Castricum en Zaanstad komen. Heel iets anders dus dan de kleine basisschool die daar ooit gehuisvest was in het oude gebouw en die met twee andere basisscholen gefuseerd is tot ’t Kraaienest, nu gevestigd aan de Laan van Blois. De geschiedenis ken ik heel goed, want in die tijd was ik lid van de actieouders van ’t Kraaienest, ouders van de drie scholen die zich grote zorgen maakten over de huisvesting op 1 locatie van de drie scholen. Wij voorzagen allerlei problemen, zoals het tekort aan speelruimte op het schoolplein, een gevaarlijke oversteek van honderden leerlingen over de Wijk aan Duinerweg (dat was nog de tijd voor de rotonde).

Volgens de gemeente zou het allemaal wel los lopen met onze angsten en voorziene problemen. Maar kijk nu eens goed om je heen wat er in Beverwijk gebeurd is op de schoolpleinen. Bij ’t Kraainest is een gigantisch complex aan de voorkant verrezen, waardoor het schoolplein enorm verkleind is. Dit is nota bene een gewone openbare basisschool, dus geen regionale functie. De leerlingenaantallen zijn zodanig gestegen dat dit soort ingrepen nodig waren om de leerlingen te kunnen plaatsen. De Zevensprong, die wel een regionale functie heeft als school voor speciaal onderwijs, heeft hetzelfde moeten doen om aan de behoefte te kunnen voldoen.

Maar de kinderen kunnen niet meer zo lekker uitrennen als wij vroeger wel konden. Hebben kinderen van tegenwoordig dan minder beweging nodig? Natuurlijk niet. Juist in deze tijd dat kinderen in hun vrije tijd veel tijd achter de computer en voor de televisie doorbrengen is het extra belangrijk dat ze volop kunnen bewegen (rennen) in hun pauze op school. Het is niet genoeg om een kwartiertje in een hoekje je boterham op te eten. Het is belangrijk om je fysiek lekker uit te kunnen leven zodat je daarna weer een tijdje rustig op je stoel kunt zitten om leerstof te verwerken.

Kinderen hebben recht op veel ruimte op het schoolplein. En wat doen wij, de volwassenen? Wij besluiten dat grote scholen de toekomst hebben. Maar we gaan uit van de huidige scholen en die breiden we uit tot megacomplexen op een locatie die daar eigenlijk niet geschikt voor is.

Bestaat er eigenlijk wel zoiets als een minimaal aantal vierkante meters schoolplein per leerling? Het lijkt er niet op.

En dan heb je de kans om bij de Broekpolder school MFA voor een andere oplossing te kiezen dan optoppen van het gebouw, wat de ouders en veel gemeenteraadsleden willen. Een oplossing die weliswaar geen speelruimte kost, maar wel weer meer leerlingen op deze locatie oplevert die van hetzelfde aantal vierkante meters speelruimte gebruik moeten maken. En dan gaat het niet om 1 of 2 keer 25 leerlingen. Nee, het gaat om meer dan 9 klassen, jarenlang. Het zou verstandig zijn om in de jaren van de grote ruimtenood gebruik te maken van een volledig opgeknapt gebouw aan de Belgiëlaan. Weliswaar tweehonderd meter uit de wijk, maar met een eigen schoolplein, volop ruimte en een veilige route te fiets of te voet ernaartoe.

Waarom wordt er steeds gekozen voor het volplempen van onderwijslocaties ten koste van de bewegingsvrijheid van de kinderen? Ik vind het jammer en hoop dat alle kinderen die overdag te weinig beweging krijgen tijdens schooltijd door hun ouders gestimuleerd worden om na schooltijd die schade in te halen. Dus eropuit naar de speeltuin, naar de duinen of het strand. Maar het blijft jammer dat het aspect van te weinig bewegingsmogelijkheden voor kinderen tijdens schooltijd een onderbelicht probleem blijft bij het oplossen van ruimtegebrek.

Wanneer komen we daar nu eens met zijn allen tegen in beweging?

zondag 13 maart 2011

Wanneer gaat Beverwijk de taal van de burgers spreken?

Vele jaren geleden werd een campagne bedacht om de burgers meer bij de gemeente en het bestuur van die gemeente te betrekken. De campagne werd gevoerd onder de slogan: “beverwijk spreekt je taal!”. Een kreet die moest bewerkstelligen dat de burgers zich begrepen voelden door de gemeente. Vandaar dat ook op de koffiekopjes die slogan te lezen was. En op melkbekers, want daar vond ik er 1 van in een kast toen ik wethouder was.

Wat was er nu eigenlijk mis met de slogan, die ondertussen allang weer verbannen is uit het stadskantoor? Er was veel weerstand van burgers en instanties die zich juist helemaal niet begrepen vonden door de gemeente. Of was het misschien het uitroepteken die net over de top was? Geen idee, maar er was blijkbaar genoeg reden om te stoppen met de campagne. Maar wat kwam er nu eigenlijk daarna? Was er een andere kreet die wel aan zou slaan bij de burgers?

Aan het aantal burgers te oordelen dat naar raads- en commissievergaderingen komt, zou je zeggen dat we als raadsleden en wethouders minder dan ooit de taal van de burgers spreken. En dan zijn er nog raadsleden die denken dat burgers de vergaderingen echt volgen. Zo is er bijvoorbeeld weerstand tegen een schriftelijke inbreng voor commissies rond de grote financiële stukken. Er zijn raadsleden die van mening zijn dat dat een nadeel is voor de burgers. Zij vinden dat vergaderingen desnoods tot midden in de nacht mogen duren om de burgers maar de gelegenheid te geven alle overwegingen van de verschillende partijen te kunnen volgen. En wie gaat dat dan doen? Er komt nu al geen mens vrijwillig naar korter durende raadsvergaderingen.

Diverse raadsleden ergeren zich aan de ellenlange bijdrage van sommige van hun collega’s. Niet dat die collega’s zich daar bewust van zijn trouwens. Die vinden hun eigen verhalen zo interessant, dus dan zal een ander dat ook wel vinden, zo is hun redenering. Dikke doei! Als ze de moeite zouden nemen om eens goed de zaal rond te kijken, zouden ze zien dat menig raadslid begint te gapen, op zijn of haar stoel begint te draaien, uitgebreid een plaspauze neemt of de mobiele berichten ongegeneerd zit door te nemen tijdens hun betoog.

Om de taal van de burgers te spreken, zou je je verhaal zo moeten houden dat het voor burgers ook te volgen is en niet elke bladzijde van een stuk bespreken dat door burgers niet gelezen wordt. Nu worden vaak opmerkingen tijdens vergaderingen geplaatst die echt niet interessant zijn. Niet voor burgers, maar ook niet voor andere raadsleden. Waarom neem je geen contact van te voren op met de wethouder of met de griffie zodat dit soort zaken doorgespeeld wordt naar de betreffende ambtenaar zonder iedereen daarmee te vervelen? Die gedacht komt vaak bij mij naar boven.

Jammer is dat steeds meer burgers geen interesse hebben in besluiten die door raadsleden over onze gemeente en alle zaken die daar spelen genomen worden. Alleen als men zelf geraakt wordt door een bepaald besluit, bijvoorbeeld aanpassing van parkeerplaatsen of de huisvestingsproblemen van de school waar de kinderen op zitten, komt men nog wel eens luisteren bij een commissie- of raadsvergadering. Het zou toch veel beter zijn als de vergaderingen zo interessant waren dat ook een algemeen geïnteresseerde burger zou willen komen meeluisteren?

Wat gaan we daaraan doen? Nou, in ieder geval geen slogan opwerpen en hopen dat de rest dan vanzelf volgt. Het zou goed zijn als de burgers zelf in actie komen die zeggen: we pikken het niet meer dat het voor ons niet interessant is om bij een vergadering te zitten. Er gaat een clubje geformeerd worden van algemeen geïnteresseerde burgers, die zich ertoe zetten om een half jaar lang (ja, ik geef toe, het is even doorbijten, maar het is tenslotte voor het goede doel) alle vergaderingen van commissies en raad bij te wonen. Na elke vergadering maken ze een uitgebreide evaluatie met punten die hun zijn opgevallen en tips voor de toekomst. Ze sturen dit naar alle raadsleden en naar de pers. Kijken hoe lang het dan duurt voordat de raad van Beverwijk je taal spreekt.

Of heeft iemand een beter idee?