maandag 8 maart 2010

Smoelenboek

In de krant van vanmorgen stond een column waarin werd geadviseerd om het smoelenboek, oftewel de pagina van zaterdag met alle nieuw gekozen raadsleden goed te bewaren. Omdat je zo kan controleren of je ze de komende vier jaar wel eens ergens tegenkomt. “Ja, in de supermarkt misschien”, was de conclusie. Het insinueerde in feite dat de raadsleden als ze eenmaal op “het pluche” zitten niets meer voor de mensen doen en niet van zich doen spreken. Dat is een groot misverstand en dat wil ik dan ook, namens alle raadsleden, recht zetten.

De meeste raadsleden zetten zich wel degelijk goed in voor de samenleving, al staan ze dan niet het hele jaar in het Beverhof op zaterdag contact te zoeken met de burgers. Ook lopen ze niet elke woensdag op de weekmarkt. Ze bellen ook niet huis-aan-huis aan of er nog wensen leven die misschien vergeten zijn in het coalitieprogramma op te nemen. Maar, wat doen ze dan wel?

Ze lopen net als een ander op straat en komen mensen tegen. Bijvoorbeeld als ze in het park met hun hond lopen en andere hondenbezitters tegenkomen. Dan praat je over een vernieling die geconstateerd is, over het hondenbeleid, over een inbraak, over grote projecten en noem maar op. Zo hoor je wat er bij die groep mensen leeft.
Ook gaan veel raadsleden, in ieder geval de PvdA raadsleden, naar wijkgroepen. Daar hoor je zaken die in een bepaalde wijk leven. Ook grotere gemeentelijke thema’s worden daar of in klankbordgroepen besproken. En op informatie- of inspraakavonden vind je ook raadsleden.Bij congressen van sociale werkvoorziening, bij een info avond van het ziekenhuis, bij een avond over milieu en Corus, regionale bijeenkomsten over de Veiligheidsregio met onderwerpen zoals huiselijk geweld en noem maar op. Niet elk raadslid heeft dezelfde inzet, dat is per mens verschillend, maar ik heb er in de twaalf jaar dat ik in de gemeentepolitiek zit heel veel meegemaakt die fantastisch hun werk deden en de krant zelden haalden.

Ze zitten in verenigingen, staan langs de lijn bij voetbalwedstrijden, tennissen met de slager op de hoek, hun kinderen zitten op school, ze werken als vrijwilliger in een schoolbibliotheek of in een speeltuin en noem maar op. Kortom, het zijn niet alleen raadsleden, het zijn ook gewoon burgers die dezelfde zaken tegenkomen in hun dagelijks leven als de andere burgers.Ze weten wat er leeft en hebben dezelfde emoties als iedereen.

Eigenlijk zijn het net gewone mensen, zoals de journalisten van Dagblad Kennemerland ook gewone mensen zijn. Alleen die gewone mensen van de krant vertikken het om gewone raadsleden te interviewen en te vragen waar ze mee bezig zijn. Commissievergaderingen laten ze vaak links liggen, terwijl dat vergaderingen zijn waar veel raadsleden aan het woord komen. Ze concentreren zich op rellen, mislukkingen en kritiek. Als je gewoon je werk doet als raadslid, kom je ze niet tegen. Niet in de wijkgroep, niet in de commissievergadering, niet in Overbos en niet op het voetbalveld. Zelfs niet in de supermarkt. Ze zijn te vinden bij de raadsleden die vuil spuien, kritiek leveren op wethouders, burgers die klachten hebben. Aan wederhoor doet men bijna niet. Ik heb daar pas een mailtje over gestuurd en kreeg een reactie waaruit ik hoop put dat het de komende vier jaar anders gaat. Maar die hoop wil ik zien omslaan in bewijs. Bewijs nu eens een keer dat een journalist niet de slippendrager van een bepaalde oppositiepoliticus is. Laat nu eens zien dat zaken van meerdere kanten bekeken worden, waardoor de krantenlezer echt zelf zijn of haar mening kan bepalen.

Veel kritiek is gekomen op raadsleden uit de coalitiepartijen omdat ze vaak de besluiten van het college omarmen. Er wordt gesuggereerd dat ze geen eigen mening hebben, dat het stemvee is en dat ze achter de bobo’s aanlopen. Net of het luie donders zijn die uit gemakzucht achteruit leunen op hun comfortabele stoelen. Maar is dit echt zo? Natuurlijk niet. Intern wordt de discussie echt wel gevoerd. Alleen naar buiten toe probeer je wel eenheid vast te houden. Je gaat toch niet alle onenigheden in straatgevechten beslechten? Zo wil ik als raadslid de komende vier jaar in ieder geval niet werken. Kritiek? Ja, graag. Intern, in de fractie en een goede discussie voeren. Dan kom je met een gezamenlijk standpunt naar buiten. Dat is ook duidelijk naar de kiezers toe. Wat moeten kiezers nu denken als binnen een partij ieder raadslid maar er uitflapt hoe hij of zij denkt. Hoe moeten die er dan nog een touw aan vast knopen?

Ik heb zin in vier jaar politiek in Beverwijk. Ik heb zin in het voortzetten van mijn weblog en ik heb zin in een betere relatie met de pers. Ik nodig ze hierbij uit voor elke commissievergadering, en ik nodig ze uit om elk raadslid maandelijks te bellen om te weten wat hij of zij gedaan heeft voor de burgers. Zo kunnen ze ons goed kunnen leren kennen en hoeven niet meer te wachten tot mevr. X belt om in een politiek gekleurde versie te vertellen wat er in een vergadering besproken is. Kom op, plaatselijke pers, zorg dat de raadsleden geen smoelenboek van jullie hoeven aan te leggen. Wees zo nieuwsgierig als ik als trouwe lezer van Dagblad Kennemerland hoop dat “mijn” journalisten zijn.

3 opmerkingen:

  1. Jullie Dorenbossen doen het niet zo gek. Annie Doornbos is volgens ene Jan Willem in zijn column in de Berflo Tribune het enige raadslid dat zichtbaar in de wijk aanwezig is. Met mensen spreekt, hun problemen aanhoort en probeert er ook wat aan te doen.
    Berflo Es is een (stadsvernieuwings)wijk in Hengelo.
    Een vaste column in de Berflo Tribune is het "Dagboek uit een sloopwoning".

    En nu komt mijn vraag Jaqueline: Het stadskantoor wordt verplaatst, het huidige kantoor wordt een "sloopwoning". Wat vind jij van het idee om in die overgangsperiode op de site van Beverwijk af en toe verslag te (laten) doen van veranderingen die hun schaduw vooruit werpen op de aanstaande verhuizing of terugblikken op het verleden van dit stadskantoor. Afscheid van een periode waarin Beverwijk veranderd is, hoogbouw en de moderniteit van het stadhuis een uiting waren van hoop en vertrouwen in de toekomst na de donkere oorlogsjaren. Er zijn vast Beverwijkers ( Jan van der Linden, oud politici) die daar iets over te melden hebben. Een serie die duidelijk kan maken dat politici altijd voor goud gaan.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. dit had natuurlijk bij politici zijn toch geen olympiërs moeten staan

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Het is zeker wel een leuk idee. Het zal toch de afsluiting van een tijdperk zijn. Ik zal het hier intern eens kijken of het aanslaat.
    Bedankt voor je tip.
    Trouwens, die mevrouw Doornbos is geen familie, maar grappig dat je dat gevonden hebt.

    BeantwoordenVerwijderen